door lieven@lievenmeert.be, op 03.03.12 Om de zes maanden organiseren sp.a Ninove en vzw de Redding een groepsaankoop voor stookolie. Ook nu loopt er weer zulke actie. Alles wat je moet doen is het bestelformulier afdrukken, je gegevens en aantal gewenste stookolieliters invullen en bij ons gehandtekend binnen brengen (Geraardsbergsestraat 125, Ninove). Stricte deadline hiervoor is 17 maart. De dag nadien vragen wij dan alle leveranciers uit de regio wat hun laagste prijs is voor dat aantal liters. De goedkoopste mag dan aan alle klanten leveren tegen de afgesproken prijs. Die prijs kennen we dus niet op voorhand. We laten alle inschrijvers dan zo snel mogelijk weten wat de leverancier en de afgesproken prijs is zodat een afspraak kan worden gemaakt. Levering voorzien we in we in de laatste week van maart.
Eerlijkheidshalve: het enige risico is dat de prijs op de markt enorm zou gaan dalen tussen 18 maart en de feitelijke leveringsdatum. Dat is de reden waarom we zo snel mogelijk willen leveren nadat de goedkoopste leverancier bekend is. Maar gelukkig hebben we dit de voorbije jaren nog nooit meegemaakt.
door lieven@lievenmeert.be, op 27.01.12 Op 26 december vertrok ik met 5 vrienden (Bert aka de Witten, Davy, Jordy, Sarah en Robin) voor enkele weken naar Argentinië en Chili. Een ellenlang reisverslag ga ik niet geven, maar toch enkele hoogtepunten.
- Wandeling in parque nacional El Palmar: zware rugzak, maar de vele palmbomen in het avondlicht maakten dat zeker goed

- oudejaarsavond in Buenos Aires: lekker eten op dakterras onder een prachtig vuurwerk
- de watervallen van Iguazu

- de kathedraal van San Salvador de Jujuy waar juist een eucharistieviering bezig was, de priester vol vuur preekte en de zaal luidkeels begon te zingen over de Heilige Geest. Daarop ging de priester rond, raakte mensen aan en blies hen in het gezich, waarop de mensen op de grond vielen en minutenlang bleven liggen. De priester probeer de ook Robin op de grond te krijgen (bljkaar zijn er enkele parochiemedewerkers die tijdens het blazen van de priester proberen om het ‘slachtoffer’ naar beneden te duwen) maar Robin was als een Rots en zette zijn voet toen hij naar beneden werd geduwd.
- Rafting: niet overdreven spectaculair maar wel goed geamuseerd
- Salta en omgeving: door mineralen gekleurde bergen, erosieverschijnselen, toffe roadtrip van 2 dagen met wildkamperen net voor een bergpas en in een verlaten boerderij. Eindeloze hoogvlakten vol mega-cactussen en de besneeuwde Andestoppen in de verte. Indrukwekkend mooie dingen gezien.
 

- Trektocht in het hooggebergte van de Andes, met de Cerro Leonera (net onder de 5000 m). Jammer genoeg zeer diep gegaan zodat ik, Robin en Sarah dag nadien niet meekonden naar de top van de Plomo (5400). Toch wel wat last van de hoogte gehad, maar de pijn weegt niet op tegen de mooie vergezichten.


Bert en Davy bleven in Zuid-Amerika om er nog 3 maanden langer rond te trekken. Wij moesten jammer genoeg terugkeren en zijn intussen weeral aan de slag. Maar de avonturen van Bert en Davy blijven we natuurlijk volgen op hun blog: http://www.tangatanga.com/deefendewitten/
door lieven@lievenmeert.be, op 23.12.11 In drie delen probeer ik mijn visie te geven over hoe de stad Ninove best kan omgaan met de instroom aan allochtonen. In een eerste tekst enkele maanden geleden bekeek ik de cijfers. Daaruit bleek dat Ninove vroeger zeer weinig ‘vreemdelingen’ als inwoner had. Volgens de laatste cijfers telt Ninove nu nog steeds relatief minder inwoners van buitenlandse afkomst (ongeveer 6,8%) dan andere steden, al was de toename in Ninove sterker dan elders en heeft er zich dus een soort inhaalbeweging voorgedaan. Verder valt op dat maar liefst 10% van de kinderen thuis geen Nederlands spreekt.
De relatief sterke stijging van het aantal mensen van buitenlandse afkomst de laatste jaren is te wijten aan:
- het zeer lage vertrekpunt
- de nabijheid van Brussel en de goede verbindingen met onze hoofdstad
- de aantrekkelijkheid van Ninove met in vergeljking met het Brusselse nog relatief lage grond- en woonprijzen
Die nabijheid van Brussel is natuurlijk een feit (en is een enorme troef),net als die goede verbindingen.Migratie is in Ninove dus een vaststaand feit, met voor– en nadelen. De inwijkelingen brengen diversiteit in de stad en leren ons nieuwe dingen te ontdekken,maar wanneer een grote groep (anderstalige) inwijkelingen in een stad komt wonen,is het normaal dat dat spanningen veroorzaakt. In twee richtingen: de oude Ninovieter die plots geen enkele van zijn buren meer kent,en de nieuwe Ninovieter die zich niet welkom voelt.
De vraag is dan welk beleid je als stad kan voeren om die voordelen zoveel mogelijk te vergroten en de nadelen te verzachten voor zowel de oude als nieuwe Ninovieters. Dat wordt dé uitdaging voor Ninove de komende decennia.
De stad heeft de taak om van de problemen die met migratie gepaard gaan tot win-win situaties te maken. Dit is zeker geen sinecure en zal heel veel tijd en middelen vergen zonder de garantie dat dit volledig zal slagen. Als lokaal bestuur ben je immers afhankelijk van het beleid dat op de hogere beleidsniveaus wordt gevoerd. Toch denken we dat zelfs op lokaal niveau aardig wat kan doen om de integratie van nieuwkomers te bevorderen.
Het te voeren stedelijk beleid splits ik op in 2 delen. Socio-cultureel beleid behandelde ik vorige maand al. Daarin vraag ik de stad om contacten tussen oude en nieuwe Ninovieters zoveel mogelijk te stimuleren. Hoe ik dat concreet zie, vind je hier.
Maar ook op sociaal-economisch vlak moet er aan de integratie gewerkt worden. Allochtonen zijn immers oververtegenwoordigd in de werkloosheid. Ik zie daar 2 grote redenen voor: taal en scholingsgraad. Als mensen onvoldoende Nederlands kennen, kan je natuurlijk niet verwachten dat ze worden aangeworven voor een job waarbij ze moeten communiceren met klanten of collega’s. Die taalachterstand leidt ook tot moeilijkheden op school zodat allochtonen gemiddeld minder geschoold zijn. Nu is dat laatste natuurlijk niet enkel te wijten aan taalachterstand. Ook de sociale situatie zorgt ervoor dat bepaalde groepen gemiddeld minder geschoold zijn. Eigenlijk heeft dit niets met allochtoon of autochtoon te maken: kinderen in achtergestelde gezinnen krijgen nog altijd minder kansen dan kinderen in rijkere gezinnen. Bedoeling van deze tekst is om ideeën te lanceren over hoe een stad als Ninove kan helpen om de socio-economische integratie te bevorderen. Iedereen is uitgenodigd om me hierover zijn of haar reactie toe te sturen. Alle ideeën en suggesties zijn zeker welkom!
Buig de taalachterstand om in voorsprong
Ik kan er niet genoeg op drukken, maar wie in Vlaanderen wil wonen, werken en leven, moet Nederlands kennen. Op die manier kan je contact leggen met je buren, vrienden en een sociaal netwerk uitbouwen. Maar ook op school is Nederlands kennen een noodzakelijke voorwaarde om al die andere boeiende dingen te leren. Hetzelfde geldt op het werk. Als je moet samenwerken met collega’s of klanten overtuigen, dan moet je je nu eenmaal verstaanbaar kunnen maken.
Nieuwe Ninovieters moeten dus Nederlands leren, maar de oude Ninovieters moeten dan ook wel een handje helpen als het wat minder vlot lukt om onmiddellijk Nederlands te praten.
Als stad heb je niet enorm veel hefbomen in handen om de kennis van het Nederlands te bevorderen, maar toch ben je niet helemaal machteloos. Zo moet je toezien op de huidige verplichting om je in te schrijven voor de Nederlandse les als je een sociale woning wil huren. En anderstaligen die leefloon krijgen, moeten niet alleen bereid zijn om zich in te schrijven in de Nederlandse les, maar ook daadwerkelijk die lessen volgen (tenzij er een wettige reden is uiteraard).
Verder kan het aanbod aan Nederlandse taallessen uitgebreid worden en er kan kinderopvang voorzien worden voor alleenstaande ouders zodat ook zij naar de taallessen kunnen gaan.
Zoals blijkt uit de cijfers uit deel 1 spreekt maar liefst 10% van de Ninoofse kinderen thuis geen Nederlands. Het onderwijs is daarom van cruciaal belang om deze kinderen Nederlands te leren. De stad moet samen met de scholen kinderen met taalachterstand helpen door bijvoorbeeld extra taallessen of huiswerkbegeleiding te voorzien op woensdagnamiddag. Die huiswerkbegeleiding mag er trouwens ook zijn voor kindjes die wel Nederlands kennen maar ook een leerachterstand hebben.
De bedoeling moet zijn dat alle nieuwe Ninovieters zo snel mogelijk Nederlands kennen. Samen met hun kennis van andere talen (Frans, Engels, Turks,…) zijn ze zo eigenlijk beter gewapend op de arbeidsmarkt dan vele ‘oude’ Vlamingen die vroeger bekend stonden om hun goede taalkennis maar die ze geleidelijk aan het verliezen zijn.
Onderwijs
Iedereen weet dat mensen zonder diploma moeilijker een plaats vinden op de arbeidsmarkt. Verder blijkt ook dat kinderen van kansarme gezinnen het minder succesvol doen op school. Als stad kan je daar natuurlijk niet echt iets aan doen, maar ik zie toch een aantal mogelijkheden, die voor een deel al gebeuren in Ninove:
- het gedeeltelijk tenlaste nemen van de schoolfactuur van gezinnen met financiële problemen
- organisatie van huiswerkbegeleiding voor kinderen met een leerachterstand
- betrokkenheid van de ouders verhogen: oudercontact, oudercomité, activiteiten met andere ouders zwaar stimuleren
- informatie geven over kinderopvang en kleuteronderwijs en gezinnen stimuleren hier gebruik van te maken
Samen aan het werk
Iedereen heeft de maatschappelijke plicht om zijn of haar bijdrage te willen doen aan de samenleving. Als je dat kan, moet je dus bereid zijn om een job te zoeken en te werken. Wie dat om een of andere reden niet kan, die moet uiteraard geholpen worden. Dat is het systeem van onze welvaartsstaat en dat moet gelden voor iedereen. Als je immers toelaat dat mensen zich onttrekken aan dit systeem, dan maak je het onbetaalbaar en kapot.
Patrick Janssens formuleert het in zijn boek ‘voor wat, hoort wat’, als volgt: “Wie problemen heeft en daar niet uit eigen kracht uit geraakt, verdient ondersteuning. Dat moet de basis van ons sociaal beleid zijn. Maar dat beleid moet ertoe leiden dat de eigen kracht van mensen vergroot wordt. Vrijblijvendheid is dan niet langer een optie.”
Als stad kan je via de werkwinkel en het OCMW mensen begeleiden in hun zoektocht naar werk, of hen naar een geschikte opleiding toe leiden. Ninove doet op dat vlak aardig zijn best, maar we kunnen er nog verder in gaan. Extra plaatsen voor sociale economie initiatieven, arbeidstrajectbegeleiding , artikel 60-plaatsen voor leefloners en extra tewerkstellingsbegeleiders zijn nodig om mensen naar de gewone arbeidsmarkt te begeleiden.
We moeten als stad en OCMW ook zelf het goede voorbeeld geven en naar diversiteit streven in ons personeelsbeleid. Momenteel heeft Ninove een diversiteitsplan dat enkel werd ingediend om er de subsidies voor te krijgen maar voor de rest niks voorstelt: een werkgroep die 2 keer per jaar samenkomt en that’s it.
Ook naar de Ninoofse bedrijven kunnen we als stad proberen iets te doen. Waarom bijvoorbeeld geen diversiteitsprijs in het leven roepen voor een Ninoofs bedrijf met een uitstekend diversiteitsbeleid?
Mijn conclusie voor het socio-economische luik: volop inzetten op taalkennis, helpen van kinderen met onderwijsproblemen, intense begeleiding van werkzoekenden samen met een echt diversiteitsplan. De toenemende diversiteit hoeft geen probleem te zijn en kan zelfs een troef worden als we er maar voor zorgen dat iedereen deelneemt en zijn steentje bijdraagt in de Ninoofse samenleving .
Met dit derde deel zit mijn drieluik rond integratiebeleid erop. Omdat ik vind dat de vraag hoe we in Ninove om zullen gaan met de instroom aan nieuwe inwoners te belangrijk is om aan extreem-rechts over te laten, heb ik geprobeerd om een evenwichtige visie te geven met concrete voorstellen op Ninoofs niveau. Dat kan natuurlijk altijd nog verbeterd worden. Daarom nodig ik iedereen uit om te reageren en om opmerkingen, suggesties en ideeën zeker door te sturen.
door lieven@lievenmeert.be, op 21.12.11 Sp.a-groen! wil vermijden dat Ninove een saaie slaapstad van het grote Brussel wordt. Ninove mag geen stad zijn waar mensen enkel in hun huis of appartement komen slapen zonder verdere band met onze stad te hebben. In onze visie moet de stad Ninove samen met haar deelgemeenten een plaats zijn waar je kunt wonen, werken en voluit leven!
Uiteraard kan je hier als stadsbestuur geen wonderen verrichten, maar je kunt bepaalde dingen wel stimuleren. In deze tekst focussen we op een deelaspect: het horeca-beleid van onze stad. Een goed draaiende horeca laat een stad immers bruisen, brengt mensen samen, laat ze feesten en maakt ze gelukkig. Als progressieven zijn we voor een bloeiende horeca, niet voor de winsten van de uitbaters an sich (al vinden we dat iedereen goed zijn boterham mag verdienen), maar omdat een bloeiende horeca goed is voor het sociaal leven in onze stad en deelgemeenten.
Hoe zien we zulk stimulerend horeca-beleid in Ninove?
Terrasjes brengen sfeer en moet je stimuleren, niet bestraffen. Daarom stellen we voor om de terrastaks af te schaffen die horeca-uitbaters momenteel moeten betalen in onze stad. De huidige taks bedraagt voor een terras van 20 m² in centrum Ninove nu 250 euro voor 6 maanden. (Het volledige reglement vind je hier). Reusachtige bedragen zijn dit niet en ook voor de stad is dit geen reuze-opbrengst (ongeveer 12.500 euro per jaar op een stadsbudget van ongeveer 35 miljoen, dus minder dan 0,05%). Afschaffen dus!
Nog een pestbelasting: er is in Ninove een taks op cafés die openblijven na 1u ’s nachts op maandag, dinsdag, woensdag of donderdag. De taks bedraagt 25 euro per avond en bracht in 2010 welgeteld 942,5 euro (dit reglement vind je hier). De administratieve kost is ongetwijfeld hoger dan de opbrengst. Wouter Vande Winkel (groen!) stelde enkele maanden geleden al voor om dit af te schaffen: de meerderheidspartijen gingen het bekijken. Hopelijk kunnen we hen overtuigen van deze pesterij stop te zetten.
Bij de aanleg van de openbare ruimte moet er rekening gehouden worden met de (toekomstige) aanwezigheid van horeca. Als er een plein of straat wordt heraangelegd, dan moet het stadsbestuur nadenken over een ideale omgeving voor horecazaken. Waarom geen plaats voorzien voor wat gezellige terrasjes langs de Dender bij de toekomstige ontwikkeling van de oude OCMW-site achter de Graanmarkt? Of maak van het Paul De Montplein aan de brandweer een gezellig plein met wat groen, petanquebaan, ruimte voor terrasjes en voorzie elders parkeerplaatsen.
Bij onze huisbezoeken in de deelgemeenten horen we geregeld dat de mensen een buurtcafé missen in hun dorp. Je kunt dat als stadsbestuur natuurlijk niet zelf gaan inrichten, maar we kunnen initiatieven zoals in Pollare waar het verenigingsleven zelf de parochiezaal openhoudt op zondag, ondersteunen. De buurthuizen en parochiezalen komen hiervoor in aanmerking, de stad kan helpen met de drankbestellingen, een projectsubsidie als het gaat om deelgemeenten zonder gewoon café,…
Waar mensen samenkomen en zich amuseren, ontstaat er geluid en met wat alcohol erbij, kan dat best wel veel zijn: (dans)muziek, gezang, gelach,… Sommige buren voelen zich hierdoor gestoord. Jammer genoeg is zulke overlast eigenlijk onvermijdelijk in een stadscentrum. Je moet er alles aan doen om de overlast zoveel mogelijk te beperken. Hiervoor kan je als stadsbestuur heel wat doen:
- Waarom geeft de stad de cafés geen advies of subsidies voor geluidsisolatie?
- Waarom geen structureel overleg organiseren tussen uitbaters, politie, klanten, buurt en voor sommige cafés bvb. ook de jeugdraad? Een beetje overleg en wederzijds begrip kunnen soms wonderen doen.
- Waarom geen openbaar toilet op plaatsen waar er regelmatig veel volk wordt verwacht?
Daarnaast vinden sommige mensen het nodig om in brievenbussen te plassen, buurtbewoners aan te vallen of erger nog. Dit soort overlast kan je absoluut niet aanvaarden en daar moet je tegen optreden, met preventie en repressie:
- Strikte bestraffing en meer controles zijn noodzakelijk om deze irritante overlast tegen te gaan. De kans dat je als wildplasser ‘s nachts in Ninove-centrum wordt betrapt is nagenoeg onbestaande. Het is niet goedkoop om het aantal politiepatrouilles fors op te drijven, maar onze stad kan net als vele andere steden investeren in eigen stadswachten. Dergelijke stadswachten en de nodige politie-aandacht kunnen in combinatie met een aantal veiligheidscamera’s zorgen dat je overlast veroorzakers bij de kraag kan vatten, naar het voorbeeld van Tobback in Leuven.
- Met een sensibilisering campagne kan je klanten van bepaalde cafés duidelijk maken dat sommige zaken echt niet kunnen.
- Uit andere steden is het duidelijk geworden dat je met administratieve sancties heel wat kan bereiken. Gevatte daders krijgen binnen de 2 weken hun boete in de bus, wat veel beter is dan een gerechtelijke procedure die makkelijk pas een jaar na datum plaatsvindt. Alle criminologische studies wijzen er op dat de termijn tussen overtreding en bestraffing zo klein mogelijk moet zijn om het gedrag van de gestrafte zoveel mogelijk te veranderen. En eens het duidelijk is dat er een realistische pakkans is én dat er boetes op volgen, dan zal dit soort ontoelaatbare overlast al snel verminderen.
Ook voor de organisatie van kleine en grote evenementen zoals optredens of koopavonden, kan het stadsbestuur een actievere rol spelen. Bedoeling moet zijn dat er voldoende te beleven valt in Ninove. Het initiatief komt daarvoor best vanuit de bevolking, het verenigingsleven, middenstandsverenigingen,… maar de stad moet dit zoveel als mogelijk ondersteunen, stimuleren en in een eerste fase misschien mee zelf organiseren.
Zo is er in de zomer al dikwijls sprake geweest van de organisatie van kleine optredens in de Langemuntstraat. Probleem is dat dat er door gebrek aan overleg en coördinatie tussen de plaatselijke café-uitbaters uiteindelijk niet komt. Iemand moet zijn nek uitsteken om zoiets te organiseren maar de stad moet hierbij helpen. Wat de stad voor de parkconcerten doet (gratis gebruik materiaal), moet toch perfect ook kunnen om zoiets te organiseren? Of waarom roept de stad zelf geen overleg bijeen voor de café-uitbaters van bepaalde buurten om te zien of er samen iets kan worden georganiseerd? Hoe meer leven er in de stad is, hoe beter voor de horeca, maar ook hoe beter voor de inwoners van onze stad.
Een ander voorbeeld zijn de koopavonden die in Gent of bijna elke stad in Nederland al jaren worden georganiseerd met groot succes. De winkels zijn er op zulke avonden later open met veel volk in de stad tot gevolg en uiteraard profiteert ook de horeca daar mee van. Denk maar aan de witte donderdagavond in Ninove.
Tot slot buit Ninove zijn toeristische troeven te weinig uit. We wonen op het kruispunt van het Pajottenland, de Vlaamse Ardennen en Denderstreek/Scheldeland. Waarom helpt het stadsbestuur niet wat meer met de promotie van onze hotels, B&B’s , hoevetoerisme, restaurants, brouwerij,… ? Brochures, duidelijke vermelding op websites, bewegwijzering,…
Onze conclusie voor lokaal horeca-beleid: maak de stad aantrekkelijk, zorg dat er voldoende georganiseerd wordt en de horeca zal vanzelf volgen.
Lieven Meert en Misja De Ridder
door lieven@lievenmeert.be, op 16.12.11 Oost-Vlaams gedeputeerde Peter Hertog beloofde de stad Ninove een subsidie van 31.000 euro voor de aanleg van een fietspad in Okegem. Het gaat op het fiets- en voetpad tussen de Hazeleerstraat en Guldenboom, waar dagelijks vele pendelaars gebruik van maken om van en naar het station te stappen en fietsen. Maar het pad ligt er al jaren slecht bij en is dan ook dringend aan onderhoud en verbreding toe. Dat kwam ook al als resultaat uit de enquête die sp.a twee jaar geleden hield bij de Okegemnaars. Dit werd toen doorgegeven aan het stadsbestuur dat al een tijdje bezig is aan de verschillende administratieve formaliteiten om aan de heraanleg en verbreding te kunnen beginnen.
Omdat dit fietspad geen deel uitmaakt van het provinciaal fietsnetwerk en ook niet van het bovenlokaal functioneel fietsroutenetwerk, komt het in aanmerking voor een provinciale subsidie van 20 procent. Op 1 december besliste de deputatie de subsidie toe te kennen voor de aanleg van dit fietspad.
Goed nieuws dus. Hopelijk kan er nu snel met de werken worden begonnen!

door lieven@lievenmeert.be, op 10.12.11 We weten allemaal dat een OCMW instaat voor het geven van leefloon en steun aan mensen die in armoede dreigen te verzeilen. Maar een OCMW voert een veel breder sociaal beleid dan enkel het geven van uitkeringen. Zo bieden de sociale werkers ook hulp bij het zoeken naar woningen, werk voor mensen die moeilijk op de arbeidsmarkt terecht kunnen, doen ze aan schuldbemiddeling, is er een maaltijd- en poetsdienst aan huis voor bejaarden en is er in Ninove ook een OCMW-rusthuis (Klateringen op de Centrumlaan), zijn er serviceflats in Ninove en Denderwindeke en zijn er ook een aantal sociaal appartementen in eigendom van het Ninoofs OCMW.
Koken kost natuurlijk geld, en afhankelijk van de hoeveelheid middelen die een OCMW van de stad krijgt, kan het meer of minder doen qua sociaal beleid. Het zal jullie niet verbazen dat linkse mensen als ik sociaal beleid heel belangrijk vinden: mensen die het moeilijk hebben, moeten geholpen worden en weer op weg gezet worden. Ouderen die niet meer alleen kunnen wonen, moeten kwaliteitsvol onderdak vinden dat betaalbaar is. Mensen die het moeilijk hebben om hun rekeningen te beheren, moeten daarin begeleid worden. Zo zijn er tal van voorbeelden van belangrijk sociaal beleid.
Maar nu stellen we vast dat de huidige VLD-CD&V-LDD-meerderheid in Ninove met schepen van Financiën Rudy Corijn op kop, de middelen van het Ninoofs OCMW stelselmatig beperkt en versluist naar de stadskas om er de eigen begroting op te smukken. Heel eigenaardig voor iemand die naast voor Financiën ook bevoegd is voor Sociale Zaken. Je zou toch denken dat iemand dan gaat pleiten voor sociaal beleid?
Op welke manier heeft de stad nu de OCMW-middelen beperkt in Ninove?
A. Middelen van het Gemeentefonds
Elke gemeente krijgt van de Vlaamse overheid jaarlijks een bepaald bedrag. In principe is 8% van dat bedrag bestemd voor het OCMW. Deze 8% is in Ninove goed voor ongeveer 500.000 euro per jaar. In 2003 beslisten de Ninoofse VLD en CD&V al om dat OCMW-deel te beperken tot 200.000 en vanaf 2009 werd er zelfs helemaal niets meer aan het OCMW gegeven. Het OCMW moest het zelf maar zien te redden.
B. De gemeentelijke bijdrage aan het OCMW
Jaarlijks is elke gemeente verplicht om middelen aan het OCMW te geven vanuit de belastingsontvangsten om de werking van het OCMW te financieren. De huidige VLD-CD&V-LDD-meederheid snoeide vanaf 2009 zwaar in deze gemeentelijke bijdrage. Vergeleken bij wat een normaal groeiritme voor de gemeentelijke bijdrage zou zijn (4% : 2% inflatie en 2% reële groei van de economie en belastingsontvangsten), bespaarde de stad zo 200 miljoen in 2009 en bijna 400 miljoen vanaf 2010.
C. De grondenruil tussen Stad en OCMW
Het nieuwe rusthuis op de Centrumlaan werd gebouwd op gronden die oorspronkelijk van de stad waren en die aan het OCMW werden gegeven in ruil voor de OCMW-gronden in de Burchtstraat (waar de stad nog maar eens appartementen wil laten bouwen). Maar het OCMW moest daar nog een heel stuk bovenop leggen. Dat komt door de schatting van de waarde van de gronden, waarin geen rekening werd gehouden met het feit dat er meer dan 500.000 euro extra kosten nodig waren om de grond aan de Centrumlaan bouwrijp te maken (zeer vochtig en te saneren). Het OCMW heeft dus meer dan 500.000 euro teveel betaald voor deze gronden. Iets wat ook door de Gouverneur werd erkend na mijn klacht tegen deze onevenwichtige grondenruil.
D. Begroting 2012
Bovenop de al voorziene vermindering van de gemeentelijke bijdrage heeft de stad beslist om in 2012 nog 1.000.000 euro minder aan het OCMW te geven. Dat dient dan om de eigen begroting voor 2012 op te smukken om in aanloop van de gemeenteraadsverkiezingen een goed begrotingscijfer te kunnen presenteren.
E. Overzicht
|
2009 |
2010 |
2011 |
2012 |
Som 2009-2012 |
Gemeentefonds |
486.000
|
503.000
|
521.000
|
540.000
|
2.050.000
|
Beperking gemeentelijke bijdrage in meerjarenplan |
205.000 |
397.000 |
341.000 |
340.000 |
1.283.000 |
Onevenwichtige grondenruil |
|
500.000 |
|
|
500.000 |
Extra beperking gemeentelijke bijdrage |
|
|
|
1.000.000 |
1.000.000 |
Totaal |
691.000 |
1.400.000 |
862.000 |
1.880.000 |
4.833.000 |
Conclusie: het stadsbestuur beperkt op verschillende manieren de middelen van het OCMW
Het Ninoofs OCMW dat zich geconfronteerd zag met de beperktere middelen, moest daar natuurlijk mee omgaan, en deed dat op vijf manieren.
1. Besparen op het rusthuis.
Een overheidsrustoord zoals dat van het OCMW maakt normaal gezien verlies aangezien de prijzen voor de bewoners relatief laag zijn zodat ook mensen met een laag pensioen de nodige zorg kunnen betalen. De voorbije jaren is het OCMW er in geslaagd om een relatief goed financieel resultaat neer te zetten: het verlies is beperkt, door een grotere bezettingsgraad en enkel nog ‘zware’ gevallen op te nemen in het rusthuis waarvoor het RIZIV meer subsidies geeft. De keerzijde van de medaille is natuurlijk dat minder zware gevallen geen plaats meer vinden in ons rusthuis.
Daarnaast werden ook 4 kamers voor kortverblijf in gebruik genomen, zonder dat daar veel extra kosten tegenover staan. Op die manier kon het verlies van het rustoord wat verminderd worden.
2. Uitstel/afstel nieuwe projecten
Om tegemoet te komen aan de stijgende vraag naar ouderenzorg door de vergrijzende bevolking, wilde het OCMW een centrum voor dagopvang voor ouderen oprichten in het oud-rusthuis in Denderwindeke. Ook plande men extra serviceflats te bouwen in zowel Ninove als Denderwindeke en wil men een Sociaal Huis bouwen naast het huidige OCMW-gebouw dat moet dienen als centraal aanspreekpunt voor alle informatie over sociale zaken. Al deze projecten werden uitgesteld en het is twijfelachtig of en wanneer deze zullen gerealiseerd worden.
3. Nauwelijks nieuwe projecten
Het dagopvangcentrum in Denderwindeke waar men 15 plaatsen voorzag, zal niet doorgaan en werd vervangen door een kleinere dagopvang binnen het rusthuis Klateringen voor slechts 5 bewoners.
4. Uitstellen aanwervingen en examens
De instelling van het nieuwe personeelskader werd vertraagd, net zoals het openschrijven van bepaalde vacatures. Bepaalde functies worden zo al een hele tijd niet meer ingevuld.
5. Afbouwen van reserves
Zelfs door deze verschillende maatregelen slaagde het OCMW er nog niet in om te gaan met het streng budgettair dieet waartoe de stad haar dwong. Wil het OCMW dus zijn taken kunnen blijven uitvoeren, dan moet het haar reserves stelselmatig afbouwen.
|
2009 |
2010 |
2011 |
2012 |
Som 2009-2012 |
Afbouw reserves |
-209.000 |
616.000 |
515.000 |
1.190.000 |
2.112.000 |
Daar waar in 2009 de reserves nog toenamen, werden die vanaf 2010 meer en meer afgebouwd met als triest hoogtepunt de pas goedgekeurde begroting voor 2012 waar de stad het OCMW dwingt om maar liefst 1,2 miljoen euro van haar reserves te gebruiken om rond te komen.
Een blinde ziet dat het niet houdbaar is om het OCMW zo weinig middelen te geven als je tegelijk een deftig sociaal beleid wil voeren. Dus, de politieke keuze voor de komende jaren is de volgende:
-ofwel blijft men de OCMW-middelen verder beperken,met als gevolg geen nieuwe initiatieven en zelfs inkrimpen van het gevoerde sociaal beleid
-ofwel willen we geen inkrimping maar zelfs uitbreiding van het sociaal beleid in onze stad (met bvb. ook extra rusthuisbedden waar grote nood aan is: nu 300 mensen op de wachtlijst: 6 jaar wachten!) en dan zullen daar meer middelen tegenover moeten staan
door lieven@lievenmeert.be, op 04.12.11 Op 19 november nam Ninovieter Ferdi De Ville op het visie-congres van sp.a deel aan een panelgesprek over de toekomst van de eurozone. Op basis van dit gesprek, schreef Ferdi onderstaande interessante tekst over de euro.
‘Moet de ECB de euro redden?’: wat het debat verraadt
Speculanten zijn vervelende kinderen: ze zijn hun speeltje snel beu. Nadat ze de rente van Italië twee weken geleden boven de kritische grens van 7% hadden geduwd, deden ze eind vorige week hetzelfde met Spanje. Nochtans is daar economisch gezien weinig reden toe. De uitgaven van de Italiaanse overheid zijn in deze crisistijd bijna gelijk aan de inkomsten, de rentelasten niet meegerekend. Voor Spanje is deze indicator, de primaire balans genoemd, slechter, maar niet meer dan bijvoorbeeld in de Verenigde Staten of het Verenigd Koninkrijk het geval is. Bovendien is de totale schuld van Spanje een stuk lager dan die van de VS of het VK[i]. Toch betalen deze landen een véél lagere rente op hun obligaties dan Spanje en Italië.
Paul De Grauwe heeft in een ondertussen bekende paper uitgelegd hoe dat komt [ii]. De begrotingssituatie van Spanje en Italië is niet hopeloos, de schuld allesbehalve onbetaalbaar op lange termijn. Alleen kan het dat wel worden als de rentelasten dermate hoog oplopen dat het totale begrotingstekort onfinancierbaar wordt. En daar kunnen speculanten voor zorgen. In de VS en het VK kunnen ze dat niet omdat ze weten dat de Centrale Banken er dat niet zullen toelaten. Als speculanten daar proberen de rente te laten stijgen, zullen de Centrale Banken er obligaties opkopen om de rente te doen dalen.
Daarom menen De Grauwe, andere observatoren en de regeringsleiders van bijvoorbeeld Frankrijk en Spanje dat de ECB dezelfde rol moet opnemen in de eurozone.
Inderdaad, de ECB zou de speculatie tegen, of paniek over, obligaties van landen in de eurozone die fundamenteel in staat zijn hun schulden terug te betalen (en dat zijn tot op heden alle landen behalve Griekenland) kunnen oplossen door het uitspreken van één zinnetje: ‘wij zullen niet toelaten dat de obligatierente van solvabele landen stijgt boven onhoudbare niveaus’. Meteen zal de stijging van de rentes stoppen, en dalen richting de Britse en Amerikaanse niveaus. Het fantastische is dat het de ECB in het beste geval zelfs niets zal kosten. Als de markten haar geloven, zullen ze stoppen met obligaties dumpen, en zullen de rentes dalen, zonder dat de bank daarvoor één obligatie moet kopen.
Hoe kan je tegen zo een wonderoplossing voor de acute paniekcrisis die de eurozone gijzelt zijn? Wel, sommigen kunnen het. Knack hoofdredacteur Johan Van Overtveldt bijvoorbeeld. Hij lijstte vorige week de argumenten tegen zulk ingrijpen door de ECB op in zijn tijdschrift, argumenten die ook andere tegenstanders gebruiken, met inbegrip van de ECB zelf.
Ten eerste menen zij dat investeerders de ECB zullen misbruiken om hun obligaties in te ruilen voor vers geld, en daarmee zullen speculeren in andere dingen, en bijvoorbeeld nieuwe vastgoedzeepbellen creëren. Dat is natuurlijk niet zo. Elke investeerder moet zijn portefeuille diversifiëren, en obligaties die gewaarborgd worden door de ECB hebben hun plaats als veilige belegging. Bovendien kan via andere instrumenten, zoals betere regulering, zulke speculatie worden tegengegaan. Speculanten hebben bewezen geen ECB geld nodig te hebben om zeepbellen te creëren, dus zulke regulering is sowieso een goed idee.
Ten tweede stellen ze dat het opkopen van obligaties door drukken van vers geld tot inflatie zal leiden. Ik stelde echter boven dat het wellicht tot woorden zonder daden zal blijven. Maar zelfs als de ECB echt zou moeten ingrijpen, zal dit niet tot inflatie leiden. Inflatie komt er wanneer de vraag het aanbod overtreft, en vandaag zitten we met leegstaande capaciteit in de eurozone, hoge werkloosheid, en dus te weinig vraag.
Ten derde menen tegenstanders dat dit de geloofwaardigheid van de ECB zal aantasten. De ECB heeft meer dan tien jaar gewerkt om de markten te doen geloven dat ze vrij is van politieke invloed en dat ze een lage inflatie garandeert en door nu obligaties op te kopen gooit ze dit vertrouwen te grabbel. Echter, de Amerikaanse FED doet ook wat de ECB nu zou kunnen doen, en niemand heeft het over een vertrouwenscrisis van de FED. Bovendien, als de ECB niet ingrijpt heeft ze binnenkort gewoon geen munt meer om geloofwaardig over te waken.
Ten slotte, menen de tegenstanders, zal het oplossen van de acute crisis door de ECB de druk op politici weghalen om structureel te hervormen. Hier komt de aap uit de mouw. De speculatie tegen hun obligaties verplicht politici in de eurozone om hervormingen door te voeren die in normale tijden niet door de bevolking zouden worden geslikt: verhoging van de pensioenleeftijd, verlaging van de werkloosheidsuitkeringen en beperking in de tijd, et cetera. Sommige commentatoren die voor dergelijke afbouw van de welvaartsstaat zijn, vinden deze crisis een opportuniteit, en vinden dat de ECB vooral het mes op de keel van politici niet mag weghalen. Zelfs al kan dit ten koste gaan van de euro.
Er zijn wel meer vreemde kronkels en motieven die in de standpunten van sommigen in deze crisis zijn te herkennen als je er wat dieper over nadenkt. Zo stellen de commentatoren die voor die structurele hervormingen pleiten dat dit de enige manier is om momenteel groei te stimuleren. Maar dat geloven staat gelijk aan geloven dat er sinds de crisis een paar percent werkonwilligen is bijgekomen. Hoe zou liberalisering van vrije beroepen (bv. boekhouders), zoals met betrekking tot Italië wordt bepleit, tot meer groei en werkgelegenheid op korte termijn leiden terwijl bedrijven de deuren sluiten?
Ferdi De Ville

door lieven@lievenmeert.be, op 04.12.11 Een pareltje van Marc Tritsmans uit zijn bundel ‘Studie van de schaduw’ en winnaar van de Herman de Coninckprijs voor het beste gedicht 2011.
Uitgesproken
praat met mij en doe dat
honderduit, vertel me zwijgend
waarover een leven gaat
hoeveel tederheid er nodig is
en adem gulzig tot het eind
spreek dit lichaam zonder
een spoor van schroom, spreek
het, spel het volledig uit
laat me duizelen breng me
in totale ademnood geef je
eindelijk helemaal bloot
door lieven@lievenmeert.be, op 26.11.11 Vanmiddag was het eindelijk zover. Het heeft heel wat voeten in de aarde gehad, maar we hebben een begroting. Plezant is het uiteraard niet om 11,3 miljard te moeten vinden. Het is altijd aangenamer om belastingen te kunnen verlagen of nieuwe initiatieven te kunnen nemen, maar deze sanering is echt noodzakelijk. Ben nu doodmoe, maar opgelucht. Bedankt aan de collega’s van de andere partijen en het sp.a team voor de goeie samenwerking. Merci Bruno, Johan, Jan, Ariel, Cis, Wilfried, Arne, John, Kris, Eric, Erwin, Kurt, Pieter, Saskia,…!
Hopelijk komt er nu snel een regering en slagen we er in om de markten te sussen.
door lieven@lievenmeert.be, op 02.11.11 Zoals hier al eerder vermeld, ga ik al sinds een jaar wekelijks de boer op met enkele sp.a’ers in de Ninoofse deelgemeenten, telkens met dezelfde vraag: wat kan er verbeteren in uw dorp?
Het is immers heel gemakkelijk om van achter de laptop een partijprogramma te schrijven, maar om een goed idee te hebben van wat de mensen écht willen, moet je het hen eerst gaan vragen. Daarom hebben we met sp.a Ninove het idee opgevat om in de laatste twee jaar voor de gemeenteraadsverkiezingen de mening van de mensen te gaan vragen. Niet discussiëren of ons gedacht opdringen, maar gewoon vragen en vooral luisteren. Nadien vatten we die resultaten dan samen per deelgemeente en houden we daar rekening mee wanneer we ons verkiezingsprogramma per dorp opstellen.
Omdat we natuurlijk met zulke huisbezoeken nooit iedereen kunnen bereiken, zet ik hier toch de belangrijkste punten per dorp op de site zodat iedereen met goeie ideeën nog steeds kan reageren. Heb je nog andere ideeën voor een beter Outer, stuur die dan gerust door naar lieven.meert@s-p-a.be of naar ons gemeenteraadslid uit Outer Katie Coppens via katiecoppens@telenet.be
Hier de belangrijkste resultaten voor Outer:
- De inwoners van Outer waarderen vooral de rust in hun dorp en de nabijheid van het stadscentrum van Ninove.
- Uit de gesprekken blijkt dat sommige mensen minder positief zijn over onveiligheid door te hard rijdende auto’s. Vooral langs de Smid Lambrechtstraat, de Aardeweg, Lebekestraat en de Nederhasseltstraat is dit een groot probleem. Om de verkeersveiligheid te vergroten wordt er gepleit voor snelheidsremmers en veilige fiets- en voetpaden zodat de kinderen opnieuw veilig de straat op kunnen.
- Specifiek voor de Aardeweg wordt gepleit voor meer controles en een heraanleg met verhoogde fietspaden zodat de weg smaller wordt en er ook trager gereden wordt. Asverschuivingen zijn absoluut uit den boze.
- Verder is er een sterke vraag om de voet- en fietspaden door de velden beter te onderhouden zodat er veilige fietsverbindingen zijn met Nederhasselt, Denderhoutem en Ninove-centrum. Zeker naar Ninove-centrum is dat echt noodzakelijk aangezien de aanleg van de rotonde aan ‘Den Dollar’ de onveiligheid voor fietsers enkel zal verslechteren.
- Ook de voetpaden langs sommige wegen zijn er soms echt slecht aan toe (bvb. Nederhasselstraat) en moeten beter onderhouden worden.
- Op sommige plaatsen is er soms wateroverlast en wil men maatregelen om dit in de toekomst te voorkomen.
- Bij velen was er vraag naar meer parkeergelegenheid in de buurt van het buurthuis. Voor de kinderen wordt voorgesteld om een klein speelpleintje te maken op een rustige plaats.
- Tot slot vroegen vele inwoners om meer betrokkenheid, overleg en participatie bij het gemeentelijk beleid. Net als in Lieferinge en Neigem, leeft ook in Outer het idee leeft dat de deelgemeenten wat uit het oog verloren wordt door het gemeentelijk beleid.
 De kerk van Outer
|
|